Abonneer je op onze wekelijkse nieuwsbrief

Waarom satanisch kindermisbruik niet onderzocht mag worden

Een bericht van Ella Ster

Last updated:

Georganiseerd sadistisch kindermisbruik bestaat, maar blijft meestal onbestraft. Mensen beginnen in te zien dat door hun aanpak Justitie hier een rol in speelt. Ook het onderzoek van de commissie Hendriks naar georganiseerd sadistisch seksueel kindermisbruik onder de vlag van Justitie deugt niet. Het is tijd voor een second opinion, vindt ook Kamerlid Gideon van Meijeren. 

Bron: Ella Ster

De grote doofpot

Georganiseerd sadistisch misbruik bestaat. Dat is ook de conclusie van de commissie Hendriks en hun rapport Tussen ongeloof, ondersteuning en opsporing. Over georganiseerd sadistisch misbruik van minderjarigen’. Toch zal de overheid in samenklank met de media het rapport Hendriks gebruiken om ‘aan te tonen’ dat er geen bewijs is gevonden van georganiseerd ritueel sadistisch misbruik. Ongeacht het feit dat Hendriks bewust niet op zoek wilde gaan naar bewijs. Dat lijkt ook precies de opzet van het ‘onderzoek’. De aanpak was een doofpotconstructie.

Er bestaat geen georganiseerde misdaad zonder een netwerk van medeplichtigen.

Daarom moet er een nieuw, écht onafhankelijk onderzoek komen. Dat ook onderzoek doet naar de omvang en het netwerk. Zoals in 2020 ook de opdracht was van de Kamer. En onderzoeken in hoeverre hooggeplaatste ambtenaren binnen Justitie er bij betrokken zijn. Er bestaat geen georganiseerde misdaad zonder een netwerk van medeplichtigen. Als georganiseerd sadistisch seksueel kindermisbruik bestaat, zijn er ook figuren die ervoor zorgen dat dit onbestraft blijft. 

Er is namelijk veel bewijs van een doofpotcultuur, als het gaat om georganiseerd misbruik. Een herkenbaar patroon van laakbaar handelen door politie en justitie. Aangiftes frustreren. Zaken seponeren. De geloofwaardigheid van slachtoffers en onderzoekers aantasten. Maar vooral een opvallend gebrek aan vervolgingen, laat staan veroordelingen, van daders van georganiseerd misbruik. Dit allemaal onder de vlag van Justitie. En ondertussen pretendeert men alsof het allemaal keurig functioneert.

Er is een opvallend gebrek aan vervolgingen, laat staan veroordelingen, van daders van georganiseerd misbruik.

De aanpak van de commissie Hendriks past binnen dit beeld. Ze hebben de vele brandbrieven en adviezen van GZ-behandelaren en belangenorganisaties grotendeels genegeerd. Vervolgens heeft minister Yeşilgöz aantoonbare leugens over het onderzoek verkondigd. 

De commissie heeft de opdracht van de Kamer aan haar laars gelapt. Men wilde expliciet niet op zoek naar bewijs. Om uiteindelijk te kunnen opschrijven dat er geen bewijs was. Zo wilde men geen onderzoek doen op het Dark Web. Zogenaamd omdat dit te duur was (het zou € 50.000 euro kosten, zet dit af tegen de honderden miljarden die onze regering naar Oekraïne stuurt). Maar wellicht omdat men daar bewijzen zou aantreffen. En dat lijkt nou net niet de bedoeling te zijn geweest. 

Er is veel bewijs van een doofpotcultuur, als het gaat om georganiseerd misbruik.

Ook andere bewijzen waarmee de programmamakers van Argos het bestaan van sadistisch ritueel misbruik (SRM) aannemelijk hadden gemaakt werden genegeerd. Zoals rapporten van gynaecologen die hadden vastgesteld dat één van de toen minderjarige slachtoffers was bevallen van een baby, waarna die baby spoorloos is verdwenen. Of de opvallende overlap tussen genoemde locaties, daders en misbruikmethodes, die slachtoffers onafhankelijk van elkaar met Argos hadden gedeeld. Het probleem was niet het gebrek aan bewijs, maar de weerwil om het serieus te nemen en mee te nemen in het onderzoek.

We mogen hier onze ogen niet voor sluiten.

Gideon van Meijeren is één van de weinige Kamerleden die zich niet alleen hard heeft gemaakt dat de onderzoekscommissie naar sadistisch ritueel misbruik (SRM) onafhankelijk van Justitie zou opereren, maar blijft ook kritisch over haar aanpak en de conclusies in het rapport. Daarnaast wil hij de minister van Justitie, Dilan Yeşilgöz, confronteren met haar uitspraken over het onderzoek. Ze verwees in het Kamerdebat op 6 maart 2023 over ‘seksueel geweld kindermisbruik’ naar de ruim 140 getuigenissen, op basis waarvan Argos hun uitzendingen over SRM had gemaakt. Ze beweerde dat de recherche “bij alle zaken” zou hebben geconstateerd dat ze “aantoonbaar onjuist, inconsequent en niet op feiten gebaseerd waren”. 

Specifiek die uitzendingen waren in 2020 juist de aanleiding voor de Kamermotie om een onderzoekscommissie naar SRM in te stellen. De journalisten van Argos hadden echter de gegevens van de ruim 140 slachtoffers niet met de recherche gedeeld. In het rapport van Hendriks staat dat veel slachtoffers uit wantrouwen niet met de politie wilden spreken. Daardoor is het hoogst onwaarschijnlijk dat de minister hierover de waarheid sprak. Met haar uitspraken brengt ze wel de slachtoffers, programmamakers en andere onderzoekers in diskrediet.

De onderste steen moet boven. We mogen hier onze ogen niet voor sluiten. Veel Kamerleden willen het controversiële dossier liever sluiten en overgaan tot de orde van de dag. Door Kamerleden aan te schijven dat ze moeten instemmen met een second opinion, een tweede onderzoek onafhankelijk van Justitie, kun je druk uitoefenen dat dit gebeurt. Laat deze ernstige misdaden tegen kinderen niet onbestraft blijven.

image_pdfDownload