Steun EZAZ met een lidmaatschap. Klik hier voor meer informatie ...

Veel AZC’s blijven nog jaren operationeel

Belofte van tijdelijkheid wordt zelden nagekomen

Laatst bijgewerkt:

Er lijkt geen einde aan te komen aan de stroom immigranten naar Nederland. In 2023 migreerden 336 duizend mensen naar Nederland. Dat waren er 67 duizend minder dan in 2022 toen 403.000 mensen naar Nederland kwamen. Daarnaast emigreerden 198 duizend mensen uit Nederland, 19 duizend meer dan een jaar eerder. In totaal zijn er sinds 2017 bij benadering 1 miljoen mensen bij gekomen. Hoe lang kan de samenleving, haar inwoners, haar voorzieningen en financiën dit nog dragen? Moeten we geen beter onderscheid maken in wie wel en wie niet naar Nederland mag komen?

Foto von Mortaza Shahed auf Unsplash

Immigratie: tijdloos vraagstuk

Immigratie is van alle tijden. Met deze gemeenplaats is niets verkeerd gezegd. Al in de 1990-er jaren stonden verkiezingsprogramma’s vol met dit thema. Zo was in het verkiezingsprogramma 1994-1998 (PDF) van de Partij van de Arbeid te lezen: “Migratie als verschijnsel is ons niet vreemd. … Overal waar vreemdelingen opduiken zijn er spanningen geweest en conflicten; daar is niets nieuws aan en dat zal altijd wel zo blijven. …Over het geheel genomen heeft immigratie een impuls gegeven aan de welstand en culturele ontwikkeling van de betrokken samenlevingen.”
Volgens het verkiezingsprogramma was er toen “dankzij een strikte opstelling” sprake van een migratiesaldo van 60.000 personen per jaar.

We zijn nu 30 jaar verder en in deze periode is immigratie gestaag doorgegaan, tot het voorlopige ‘hoogtepunt’ 2022 met 403.000 migranten. Het was ook het jaar dat bijna 180.000 mensen het land verlieten, waardoor de bevolking netto groeide met bijna 224.000 personen, de omvang van een middelgrote stad. (Bron CBS)

Gering aandeel werkenden

De ongekende omvangrijke immigratie komt in een tijd dat de Nederlandse (lees ook Europese) bevolking vergrijst. Een veel gehoorde redenering vóór bewuste immigratie is dan ook dat de opengevallen arbeidsplaatsen door immigranten kunnen worden opgevuld. Bovendien zouden de nieuwkomers bijdragen aan het betaalbaar houden van de kosten van bijvoorbeeld de AOW. Dat blijkt in de praktijk tegen te vallen.

Zo schrijft de Sociaal Economische Raad afgelopen maand: “Uit de CBS-studie blijkt dat na negen jaar 55 procent van alle 18- tot 65-jarige statushouders werk heeft. De meeste werkende statushouders werken in deeltijd (53 procent) en met een tijdelijk contract (79 procent). Niet alleen stijgt de arbeidsdeelname van deze statushouders gestaag; maar ook de verschillen in arbeidsdeelname tussen de nationaliteiten worden kleiner. Van de werkenden, werkt bijna 5 procent als zelfstandige.” Zij baseert haar uitspraak op een cohortstudie van het CBS uit 2024 ‘Asiel en Integratie’ dat is gepubliceerd in april 2025.

Dat betekent dat na 9 jaar nog steeds 45% van de statushouders geen werk heeft en een uitkering heeft. “Anderhalf jaar na het verkrijgen van de verblijfsvergunning, ontvangt 90 procent van de 18-tot 65-jarigen die in 2014 een vergunning hebben gekregen, een uitkering. Drie jaar later, vier-en-een-half jaar na het verkrijgen van een vergunning, is dit percentage gedaald naar 51 procent. Nog eens anderhalf jaar later (zes jaar na het verkrijgen van de vergunning) ontvangt 46 procent van het cohort een uitkering”, schrijft de SER verder.

Voorzieningen en staande cultuur onder druk

Met een jaarlijkse bevolkingsgroei van een omvangrijke middelgrote stad komen talrijke voorzieningen onder druk te staan. Het opvangen van immigranten en vluchtelingen, zeker bij aantallen van enkele honderdduizenden per jaar, is een bijna onmogelijke opgave. Inmiddels telt Nederland momenteel 319 COA-opvanglocaties, waarvan 101 regulier, 212 noodopvang en 6 noodopvang naast reguliere centra. Het gaat om afgehuurde hotels, oude kantoorpanden, schepen en andere leegstaande panden die in stad en land ingezet worden om de honderdduizenden immigranten onder te kunnen brengen in afwachting van hun toelatingsprocedure.

Een reeks gehuurde rijncruiseschepen aan de kade in Arnhem voor opvang van immigranten.

De term ‘Nederland is vol’, mag dan ongenuanceerd zijn, de belasting van zorginstellingen, de overheidsfinanciën, huisvesting (voorrangsregeling toewijzing woningen), begeleiding, onderwijs, lokale gemeenschappen is groot, zo groot dat het onder de druk dreigt te bezwijken. Vooral verschillen in levensstijlen, gebruiken, cultuur en ook geloof leiden vaak tot spanningen. Dat in een van oorsprong christelijk land nu “meer van 500 moskeeën” (NOS, 2018) staan, verontrust een deel van de bevolking, zeker nu deze hun aanwezigheid in de dorpen en steden steeds vaker met geluid kracht bij gaan zetten. In sommige steden is al het oproep tot gebed te horen, een voor Nederlandse oren ‘klagerige’ zang die uit de luidsprekers schalt. Volgens het radicale medium JOOP hebben de moskeeën meer last van de klagers dan andersom, waarmee de overlast voor veel omwonenden belachelijk wordt gemaakt.

Asielindustrie

Ook is een steeds groter deel van de economie gebouwd rondom wat de asielindustrie wordt genoemd. Duizenden verdienen hun brood met en rond immigratie: personeel COA, begeleiders, bewaking en beveiliging, advocaten, vluchtelingenorganisaties, vastgoedbemiddelaars, catering en natuurlijk de eigenaren van onderkomens. Zo sloot COA een contract met ondernemer René Derksen van de firma LCHD. Voor de lieve som van €436 miljoen huurde Derksen tussen 2022 en 2024 voor de COA opvanglocaties. Derksen keerde €44 miljoen aan zichzelf uit. Dit meldt 1Vandaag.

In een eerder interview met het FD uit mei 2024, schrijft 1Vandaag verder, reageerde René Derksen als volgt op de prijsafspraken: “We begonnen in 2022 met 325 euro per kamer per nacht, exclusief btw. In de zomer van 2023 vond het COA dat te hoog. Toen heb ik gevraagd wat ze haalbare tarieven vonden, en zijn drie prijzen heronderhandeld: van 290 euro voor een opvang tot 6 maanden, tot 210 euro voor 3 jaar of langer. Dat was allemaal geen probleem, ik heb geen geweer op hun slaap gezet voor een handtekening”, vertelde hij vorig jaar.
Je vraagt je af of er bij het COA geen lampje ging branden. Een kamer van €325 is niet wat een gemiddelde Nederlander voor een hotelkamer betaalt.

Versterkt immigratie de economie?

Het antwoord zal afhangen van het gekozen perspectief. Werkgevers kunnen met immigranten, die veelal matig geschoold zijn en meestal niet de beloofde tandartsen en ingenieurs, openstaande laagbetaalde functies opvullen. Bezorgdiensten, taxibedrijven, horeca, schoonmaakbedrijven kunnen niet meer zonder. Voor hen is zo’n aanbod aan nieuwe krachten een mogelijkheid om omzet te maken.
De samenleving, ofwel de belastingbetaler, is minder goed af. Het is een miljardenindustrie geworden die grotendeels op belastinggeld drijft. Volgens ruwe schattingen zou er zo’n 20 miljard per jaar aan overheidsgeld in deze industrie omgaan. Jaar in, jaar uit.

Volgens immigratieonderzoeker Jan van de Beek, van de Universiteit van Amsterdam, zijn er “zeer grote verschillen naar het motief dat immigranten hebben om te migreren. Alleen arbeidsmigratie levert de schatkist geld op, gemiddeld ongeveer € 125.000 per immigrant. Studiemigratie kost gemiddeld netto € 75.000. Gezinsmigratie kost de schatkist gemiddeld bijna drie ton per immigrant. De nettokosten voor asielmigratie bedragen gemiddeld bijna vijf ton per immigrant.”

Voorlopig geen einde aan immigratie

Gemakshalve heb ik dit artikel steeds van immigratie gesproken. Daaronder vallen vluchtelingen en immigranten. Groepen die echter een verschillende benadering behoeven. Opvang van vluchtelingen behoort voorrang te hebben te hebben boven mensen die met een andere motivatie asiel aanvragen. Echter door de grote toestroom van mensen met een meer economisch motief lijkt het opvangen van oorlogsvluchtelingen te lijden onder de steeds kritischer stemming onder de bevolking.

In veel dorpen en buurten blijken weinig bezwaren te zijn voor opvang van vluchtelingen en dan met name van gezinnen. In de praktijk blijkt echter tweederde van de instroom man te zijn, waarvan de veruit grootste groep tussen de 18-24 jaar is. Vooral over die leeftijdsgroep wordt door omwonenden veel geklaagd over overlast, winkeldiefstal en geweld. De meeste immigranten komen uit Syrië, het land dat al sinds 2011 in een oorlogssituatie verkeert. Hier is dus overwegend sprake van vluchtelingen.

We moeten ons realiseren dat de vluchtgebieden vooral gebieden/landen zijn waar het Westen oorlogen heeft geïnitieerd. Een deel van de instroom is dan ook het gevolg van mede door Nederland gesteunde oorlogshandelingen.

De groei van het aantal inwoners zal dus bij ongewijzigd beleid nog jaren aanhouden en een getal van 20 miljoen inwoners is niet meer ondenkbaar. Alleen Amsterdam is op weg naar 1 miljoen inwoners. Bedenk dat 35% van de immigratie het gevolg is van gezinshereniging en allochtone gezinnen ook, vooralsnog, kinderrijker zijn dan de van oorsprong Nederlandse gezinnen.

In steeds meer gemeenten worden tijdelijke opvanglocaties omgezet naar langdurige inzet, voor 10-20 jaar na 2025. En niemand sluit herhaling van verlengingen uit. Menig gemeente heeft haar beloften over een einddatum van een AZC al gebroken.

Een greep uit de verlengingen:

Tot slot

Nederland moet zich opmaken voor een langdurige immigratie. De roepen vanuit de politiek, die al decennialang te horen zijn, hebben geen verandering gebracht. Over de jaren heen is het aantal jaarlijkse immigranten zelfs significant gestegen. Met 342 gemeenten (en afnemend) en 319 opvanglocaties (stijgend) heeft vrijwel elke gemeente nu een nieuwe bevolkingsgroep in haar midden. Een demografische en culturele verandering van Nederland is onvermijdelijk. Een weg terug is er niet meer. Kerstmis is nu ‘Winterfeest’, Pasen een ‘Lentefeest’ en de kerstboom verdwijnt ook langzamerhand uit beeld, zoals bij de ‘kersttoespraak’ van de koning.

Met de aanstaande verkiezingen in zicht zal het onderwerp hoog op de politieke agenda’s staan. Toch zal er geen verandering komen en zeker geen verandering die nog veel kan veranderen aan de sinds 2017 miljoen nieuwe Nederlanders. De druk op woonruimte, sociale voorzieningen en Nederlandse gebruiken en cultuur zullen voorlopig toenemen. Nederland heeft haar bevoegdheden weggetekend, overgedragen. Alleen met zeer ingrijpende besluiten kan Nederland wellicht nog iets van haar bevoegdheden terugnemen.

Oud-hoofddemograaf van het Centraal Bureau voor de Statistiek Jan Latten is een kritisch volger van de gevoerde immigratiepolitiek. Latten in Trouw (2018) “We denken in Nederland over van alles na, maar niet over de bevolkingsgroei. Onbegrijpelijk.” Verder in het interview: “We zijn een rationele samenleving waarin alle zaken worden bedacht en gepland. Maar op dit gebied gebeurt er niets. Er is geen visie. Nada. Onbegrijpelijk.”

Over de achterliggende krachten achter de grootschalige immigratie die in vrijwel alle Westerse landen gelijktijdig plaatsvindt (Europa, Australië, Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten, Canada) wordt veel gespeculeerd, maar valt buiten de scope van dit artikel. Ik volsta met de observatie dat er ook krachten spelen die met deze aanhoudende immigratie naast zakelijke ook ideologische doelen nastreven.

image_pdfDownload